Andorra - trinxat

In het kader van mijn nationale gerechten-project @NationalDishes ben ik inmiddels in Andorra aangekomen. Deze week maakte ik al drie Andorrese specialiteiten: ‘truta a la andorrana’ met ‘espinacs amb panses i pinyons (forel op Andorrese wijze met jamón serrano en spinazie met rozijnen en pijnbompitten) en ‘conill amb tomàquet’ (konijn met tomaat). Vandaag: Trinxat – aardappel-kool stamppot uit Andorra.

‘Trinxat’ is een van de Andorrese specialiteiten, maar ook van de Catalaanse regio’s Cerdanya en Alt Urgell. Het is aardappel-kool stamppot met spek. Het staat ook bekend als ‘trinxat de la Cerdaña’ of ‘trinxat de la Cerdanya’. Zie het als Andorrese versie van het Britse gerecht Bubble & Squeak, dat weer zo heet omdat het gerecht nogal knettert en piept als je het in de pan bakt. Het woord ‘trinxat’ betekent gepureerd/gestampt of gesneden en de Andorrese trinxat bevat grof gestampte aardappelpuree, kool, varkensvlees (‘tocino’, buikspek, maar je kunt ook bacon of serranoham gebruiken) en soms prei. Makkelijk te maken. En met maar drie ingrediënten heb je een smakelijke maaltijd op tafel. Trinxat lijkt wel een beetje op Nederlandse stamppot, maar die gedachte verdring ik snel weer, want ik ben niet zo dol op stamppot. Maar deze trinxat is toch weer net even anders omdat je de stamppot bakt in de pan. Ik heb er trouwens nog wat prei aan toegevoegd en spekjes uitgebakken die in de trinxat komen om het gerecht nog wat meer smaak te geven. Alleen aardappel en kool vond ik een beetje flauw smaken, ondanks het feit dat de stamppot meer smaak krijgt doordat ie in de pan gebakken wordt. Zorg ervoor dat ie een lekker bruin korstje krijgt bij het bakken, dat smaakt nog lekkerder!

Trinxat lijkt wel een beetje op Nederlandse stamppot, maar die gedachte verdring ik snel weer, want ik ben niet zo dol op stamppot. Maar deze trinxat is toch weer net even anders omdat je de stamppot bakt in de pan.

trinxat met aardappel kool en spek
trinxat met aardappel kool en spek

Ingrediënten (2 personen)

  • 3-4 middelgrote kruimige aardappelen (ca. 500gr)
  • 300-400gr kool (bijvoorbeeld spitskool, savooiekool, witte kool of groene kool), in repen
  • 4 plakjes bacon of serranoham (+ optioneel cq. 100gr baconreepjes, zie bij tip bij “variaties”)
  • 2 knoflookteentjes, gesnipperd
  • Optioneel: 1 prei, in ringetjes
  • Olijfolie
  • Zout en versgemalen peper

Bereiding

  1. Snij de aardappelen in stukken. Kook de aardappelen in water met zout en een scheutje olijfolie ca. 15 minuten tot ze gaar zijn.
  2. Bereid ondertussen ook de kool. Ik ben uitgegaan van spitskool. Was de spitskool en haal eventuele lelijke buitenste bladeren eraf. Snijd de spitskool in vieren of zessen. Verwijder de harde delen van de stronk aan de onderkant. Snijd de parten in dunne repen en spoel in een zeef af onder koud water. Kook de koolrepen in ca. 8-10 minuten nog wat beetgaar.
    Tip: je mag de aardappelen ook koken en na een paar minuten de koolrepen in dezelfde pan toevoegen.
  3. Bak de plakken spek/bacon/serranoham krokant(kan zonder olie) en laat het krokante spek uitlekken op keukenpapier.
  4. Bak vervolgens de spekreepjes uit (lan zonder olie), haal uit de pan, laat ze uitlekken op keukenpapier en zet even apart.
  5. Fruit de knoflook zachtjes in een scheutje olijfolie in de pan waarin het spek is gebakken. Optioneel: voeg na een minuut de preiringetjes toe en laat zachtjes meesudderen. Je kunt de prei ook achterwege laten, maar voor mij gaf het net wat extra smaak aan het gerecht.
  6. Giet het water af van de aardappelen en de kool. Zorg dat het water echt goed is afgegoten! Anders wordt je stamppot te nat en kan je die in stap 9 moeilijk in de pan bakken en omdraaien.
  7. Pureer of stamp de aardappelen met de koolreepjes. Gebruik hiervoor een pureestamper, of een vork. Of je fijn pureert tot een gladde puree of wat grover stampt, is eigen voorkeur. Ik vind het wat lekkerder als het iets grover blijft zodat je nog wat structuur hebt. Je hoeft hierbij niet, zoals bij Nederlandse stamppot, melk toe te voegen! De stamppot mag redelijk droog blijven.
  8. Voeg de gefruite knoflook met olie (en eventueel met de prei) toe en vermeng goed met de aardappel-kool puree. Voeg de spekreepjes toe en breng op smaak met zout en peper. Deze puree is je trinxat.
  9. Doe nog wat olijfolie in de pan van het spek. Schep je aardappel-kool puree (trinxat) in de pan en druk wat aan. Het moet op een grote tortilla lijken. Bak beide kanten goudbruin. Reken op 5-7 minuten baktijd per kant.
    Tip: je kunt het ook in serveerringen in de pan doen en in kleinere vormen per persoon serveren in plaats van in één grote pannenkoek. Voordeel: de trinxat-‘pannenkoekjes’ breken minder snel bij het omkeren of zakken minder snel uit en het ziet er op je bord decoratiever uit. Ik heb ze ook in de – aan de binnenkant ingevette – serveerringen gebakken en zo ook omgekeerd. Toen ze goudbruin waren, heb ik de serveerringen pas eraf gehaald. Let op: de ringen zijn heet! Ik heb een keukentang gebruikt.
  10. Serveren: garneer de trinxat met een plak uitgebakken spek.

Variaties:

  • Meestal maak je trinxat met aardappelen en kool, maar het kan ook met rucola, spinazie of chard (snijbiet). Als je nog wat prei toevoegt, zoals ik deed, krijgt het gerecht meer smaak. Ik heb preiringetjes met de knoflook in wat olijfolie zachtjes gestoofd, op smaak gebracht met peper en in stap 8 toegevoegd aan de aardappelen en spitskool. Niet meer gepureerd, alleen vermengd.
  • Tip: de baconplakken zijn bedoeld als garnering. Vind je het lekker om in de puree ook spekjes te hebben, bak dan wat baconreepjes krokant en voeg die toe in stap 8 (al dan niet met de prei als je die toevoegt). Niet meer pureren.
  • Je kunt bacon ook vervangen door serranoham.
  • Experimenteer ook eens met toevoeging van kruiden of specerijen. Pimentón de la Vera bijvoorbeeld.

Wijntip: voor dit traditionele gerecht met kool en bacon kies je het beste een soepele fruitige Spaanse rode wijn. Denk aan een wijn uit Catalunya van garnatxa (= grenache), monastrell (= mourvèdre) of ull de llebre (= tempranillo). Eventueel zou een krachtige volle rosado (rosé) ook kunnen. Naast wijnen van de DO Catalunya kun je ook denken aan andere wijnen uit Catalonië, zoals de gebieden Penedès, Priorat, Terra Alta, Costers del Segre of Montsant.
Ik koos voor de 2018 Montsant, Joana van Cellers San Rafael. Een elegante wijn met veel rood fruit en florale tonen van 85% garnatxa en 15% merlot. Milddroog met zachte zuren. Zwoele gestoofde neus. Lichte kruidigheid en aangename fraicheur. Dat laatste komt mede door de garbinada, een frisse wind uit het zuidoosten die vochtigheid meebrengt vanuit de Middellandse Zee. De wijn heeft geen houtrijping gehad om de wijn puur en fruitig te houden.

Eet smakelijk!

Tip: je kunt mijn project ook volgen op Instagram: @NationalDishes


Teksten en foto’s mogen door derden niet zonder toestemming worden overgenomen of gebruikt.