Fattoush (Libanese broodsalade) stond al heel lang op mijn lijstje om eens te maken. Nu had ik een restje platbrood, en dat leek me een goede gelegenheid om me eens in deze Libanese broodsalade te verdiepen.
Restverwerking
Er bestaan veel soorten broodsalades. De voor ons bekendste is wellicht de Italiaanse panzanella. Ik heb die laatst nog gemaakt (zie hier). Een andere bekende variant is de Libanese fattoush. Net als met panzanella bestaat zo’n salade vaak uit eenvoudige – maar superverse en rijpe! – groenten met oud brood. Restverwerking dus. Panzanella maak je met oude ciabatta. Fattoush maak je traditioneel met restjes pitabroodjes. Ik maakte een variant met Libanees platbrood, dat gaat net zo goed. Heb je geen platbrood of pitabroodjes, gebruik dan bijvoorbeeld blokjes Turks brood en rooster die een beetje als croutons.
Sumac
Van fattoush bestaan vermoedelijk net zoveel varianten als mensen die deze broodsalade maken. Persoonlijke voorkeur of regionale traditie spelen een rol. En variëren kun je naar hartenlust met je eigen favoriete ingrediënten. Een echte fattoush bevat in elk geval altijd blokjes superrijpe tomaat, blokjes (mini-)komkommer, dunne plakjes of kleine blokjes (rode) ui of sjalotjes met een paar eetlepels citroensap, een paar eetlepels olijfolie en uiteraard oud brood. Het brood is met olijfolie besmeerd en daarna gebakken of geroosterd en in stukken gescheurd of gebroken. Vaak is sumac ook een vast onderdeel van fattoush. Sumac is het friszure besje van het fluweel- of azijnboompje. Daar wordt poeder van gemaakt. In het Nederlands heet het ook wel zuurkruid. Het is verkrijgbaar bij Turkse of Marokkaanse winkeltjes.
Lekker variëren
Daarnaast kun je naar eigen smaak onder andere de volgende ingrediënten toevoegen: blokjes paprika (rood, geel of groen), plakjes radijs, ringetjes bosui, verse en/of gedroogde munt, verse platte peterselie, verse koriander, sla (b.v. little gem of romaine-sla), piment, kaneel, rode wijnazijn, granaatappelmolasse, granaatappelpitjes, kruidnagelpoeder, blokjes feta.
Mijn fattoush bevat de volgende ingrediënten (4 personen):
- 2 Libanese platbroden
- 3 stevige tomaten, ontveld en zaadjes eruit en in blokjes (of een bakje gehalveerde kerstomaatjes)
- 6 minikomkommers (of een hele gewone komkommer, zonder zaadlijsten en in blokjes)
- 1 rode ui, in dunne plakjes
- 1 baby-romainesla (of 4 little gems), gewassen en in stukjes
- 8 radijsjes, in dunne plakjes
- 12 blaadjes verse munt, in kleine stukjes gescheurd
- Een handje platte peterselie, in grove reepjes gesneden
- Olijfolie om de broden mee in te smeren
Voor de dressing:
- 2EL citroensap
- 1EL granaatappelmolasse
- 3EL olijfolie
- 1 knoflookteentje, uitgeperst
- 1TL sumac
- Snufje zout en peper
- Smeer het platbrood met een kwastje in met olijfolie en rooster het in de oven knapperig of bak het in de pan. Laat afkoelen.
- Maak de dressing door alle ingrediënten doorelkaar te roeren.
- Doe alle overige ingrediënten (behalve het brood) in een slakom.
- Giet de dressing erover en hussel met de handen de dressing door de groenten.
- Breek het knapperige brood in stukjes en meng voorzichtig door de salade.
Geef de salade bij merguezworstjes, kip met harissamarinade, kleine hamburgertjes of gehaktballetjes of bij de BBQ. Als je er op zomerse dagen een lunchsalade van wilt maken, zou ik er wat blokjes feta bij doen.
Wij aten de fattoush bij harissa-kip en merguezworstjes en gaven er vers Libanees platbrood, saffraanaïoli en tzatziki bij.
Wijntip: soepel wit of fruitige rosé. Rosé vind ik zelf altijd erg fijn bij eten uit de Midden-Oosten keuken, zeker als de rosé niet al te droog is maar juist een beetje zacht en fruitig. Vandaag koos ik voor de Tussock Jumper grenache, een rosé uit Frankrijk van de grenache-druif. Ik kreeg ‘m samen met enkele andere wijnen van dit ‘label’ in een box, compleet met breisetje! Nou heb ik een bloedhekel aan breien en nog steeds een nare herinnering aan het breiklasje op school, maar de link met breiwol wordt duidelijk als je de etiketten ziet: dieren met een gebreid truitje.
Twee enthousiaste wijnmakers – de Nederlandse Fransman Gert-Jan van Arkel en de Portugees-Amerikaanse wijnmaker Marc Oliveira – bedachten het concept voor Tussock Jumper. Marc ontdekte dat wijn drinken leuk is, maar dat zelf wijn maken nog leuker is. Hij ging oenologie studeren in Californië en sindsdien reist hij de wereld over om wijn te maken. Gert-Jan begon zijn wijncarrière als exportmedewerker bij een Loire-wijnproducent. Daarna heeft hij diverse functies in wijnim- en export gehad. Hij heeft er een aversie aan overgehouden voor moeilijk doen met wijn: ‘mystificatie’, maar ook te moeilijk begrijpbare etiketten en het fenomeen van lands- en gebiedsgrenzen die in de wijnbranche gangbaar zijn. Zijn motto: hou het simpel maar buitengewoon.
Het concept van Geert-Jan en Marc met Tussock Jumper is uniek, en voor de wijnkenner heel afwijkend. Maar voor de geniddelde wijndrinker vermoedelijk heel gewoon. In de collectie zitten maar liefst 16 verschillende wijnen, allemaal onder het label Tussock Jumper. De wijnen zijn – op een wijn van touriga nacional en aragonez uit Portugal na – allemaal zogenaamde mono-cépages, dat betekent dat ze van één voor het desbetreffende land herkenbaar druivenras zijn gemaakt, zoals tempranillo uit Spanje. De 16 wijnen komen in totaal uit 11 verschillende gebieden. En nu komt het: het tweetal zocht de mooiste druiven niet in één land, maar wereldwijd! Hun label Tussock Jumper is niet aan landsgrenzen gebonden. De wijnen komen overal vandaan en zijn typerend voor het land van herkomst en worden ter plekke gebotteld. Ze hebben inmiddels al aardig wat onderscheidingen gekregen. Zo mocht de chardonnay onlangs een gouden plak in ontvangst nemen, als ‘best value of France’. Naast de chardonnay, grenache-rosé en pinot noir uit Frankrijk en de Portugese blend, hebben ze nu een pinot grigio en een nero d’avola uit Italië, een tempranillo uit Spanje, een rieslng uit Duitsland, een sauvignon blanc uit Nieuw-Zeeland, een chenin blanc uit Zuid-Afrika, een shiraz uit Australië, een carmenere uit Chili, een cabernet sauvignon en een malbec uit Argentinië en een merlot en zinfandel uit de VS. Stuk voor stuk herkenbaar in hun soort.
Terug naar de rosé die we bij onze fattoush dronken. Die is easy-going en smakelijk. Soepel, zacht, sappig en fruitig. Elegant met lichtrood fruit en milde zuurgraad. Prima bij onze fattoush, harissa-kip en merguesworstjes.
De wijn is te koop bij Jumbo.
Meer info op www.tussackjumperwines.com
Geef een reactie